Merrie
Een volwassen vrouwelijk paard.
De merrie galoppeerde snel over het veld.
Stier
Een volwassen mannelijk rund.
De stier stond krachtig in de wei.
Ram
Een volwassen mannelijk schaap met horens.
De ram beschermde zijn kudde.
Kalkoen
Een grote vogel met een rode lel aan zijn snavel.
De kalkoen maakte een hard geluid op de boerderij.
Varken
Een tam, meestal roze boerderijdier dat graag in de modder wroet.
Het varken rolde door de modder.
Geit
Een behendig boerderijdier met hoorns dat graag klimt.
De geit sprong op de hooiberg.
Kip
Een vogel die eieren legt en vaak op de boerderij leeft.
De kip legde een vers ei.
Hond
Een huisdier dat vaak het erf bewaakt op de boerderij.
De hond blafte naar de schapen.
Kat
Een huisdier dat muizen vangt op de boerderij.
De kat sloop door de schuur.
Eend
Een watervogel die vaak in de sloot bij de boerderij zwemt.
De eend kwaakte luid bij de vijver.
Gans
Een grote vogel met een lange nek, bekend om zijn harde gegak.
De gans waakte over het erf.
Paard
Een groot, krachtig dier dat vaak wordt gebruikt om te rijden of te werken.
Het paard trok de kar over het pad.
Os
Een gecastreerde stier, vaak gebruikt als trekdier op de boerderij.
De os hielp bij het ploegen van het veld.
Konijn
Een klein, zacht dier met lange oren dat vaak op de boerderij leeft.
Het konijn knabbelde aan een wortel.
Lama
Een wollig dier met een lange nek, vaak gehouden voor zijn wol.
De lama keek nieuwsgierig over het hek.
Egel
Een klein dier met stekels dat graag insecten eet op de boerderij.
De egel scharrelde tussen het stro.
Wasbeer
Een nieuwsgierig dier met een zwart masker, soms te vinden bij het voer op de boerderij.
De wasbeer zocht naar mais in de schuur.
Pauw
Een vogel met een prachtige, kleurrijke staart die soms op boerderijen leeft.
De pauw spreidde zijn veren uit in de zon.
Zwaan
Een grote, sierlijke watervogel met een lange nek.
De zwaan dreef statig over de vijver.
Das
Een zwart-wit gestreept dier dat in de buurt van boerderijen kan graven.
De das groef een hol onder de oude boom.
Meerkoet
Een zwarte watervogel met een witte snavel, vaak te vinden in sloten bij de boerderij.
De meerkoet zwom tussen het riet.
Stinkdier
Een zwart-wit dier dat zich verdedigt met een sterke geur.
Het stinkdier schrok en spoot een geur af.
Otter
Een speels zoogdier dat graag in het water zwemt, soms te vinden bij boerderijsloten.
De otter dook onder water op zoek naar vis.
Mol
Een klein, blind dier dat onder de grond leeft en gangen graaft.
De mol maakte hoopjes aarde in het grasveld.